Enkele weken geleden had ik een supervisie-uurtje gehad bij Johnella Bird. Ik had een gesprek met een cliënt ingebracht, ze had me gevraagd om de plaats in te nemen van de cliënt en zij had ‘me’ geïnterviewd.
Erg leerrijk.

Mijn plan

Enkele dagen later smeedde ik een plan: ik ging in de loop van de volgende week

  • studeren op een lijst met allerlei behoeften en angsten die een mens zoal kan ervaren, zodat ik er scherper naar zou kunnen luisteren in gesprekken,
  • studeren op een mijn persoonlijke verwerking van mijn laatste supervisie bij Johnella Bird, zodat ik het geleerde zou kunnen ‘integreren’,
  • bepaalde vragen die Johnella ‘me’ gesteld had, op mezelf uitproberen in mijn dagboek.

Zo ging ik mijn psychotherapeutische vaardigheden opvijzelen.
Wanneer ik dit plan beschouwde, kreeg ik een lekker ’systematisch’ gevoel: het deed me denken aan ‘bloktijd’, wanneer ik doorstudeerde op een vak.

Ik hoopte ook dat de dingen die ik zo helpend en krachtig gevonden had, die ik ook goed begrepen had, zich spontaan gingen manifesteren in mijn helpende (therapie) gesprekken.

De realiteit (1): teleurstelling en banale redenen

Dat was mijn plan.
Maar wat heb ik effectief gedaan?

  • die behoeften-angstenlijst die ik ging bestuderen? Ik heb die enkel aangevuld met een paar andere behoeften,
  • die supervisie-verwerkingstekst waar ik ging op studeren? Ik heb die misschien 2 keer oppervlakkig overlopen en er een paar dingen aan veranderd,
  • dat dagboekschrijven? Ik heb slechts een paar keer gedacht aan mijn voornemen (en het vervolgens heel eventjes in de praktijk gebracht, slechts een paar zinnetjes).

Povertjes vond ik het, wat ik maar gedaan heb met mijn mooi en nuttig voornemen, waar ik zo’n geëngageerdheid bij gevoeld heb. Ik had me competent en een goeie therapiestudent willen voelen, maar ik voelde me een dilettant, in de slechte zin van het woord: ongestructureerd, onsystematisch en lui.
Moesten er nu zwaarwichtige factoren tussengekomen zijn, dan was het nog te vergeven, maar die waren er niet.
Het was het banale van:

  • tijdens een werkdag de handen vol hebben met de taken van die dag,
  • er is het leven en de dingen en de taken van je leven buiten het werk,
  • op het einde van de dag ben je moe en wil een mens ontspannen.

En het verheven doel van werken aan mijn psychotherapeutische vaardigheden dat ik zo oprecht gevoeld had, dat leek nu voor iemand van een ander kaliber.

Ben ik de enige?
De enige die zich voorneemt om interessante psychotherapeutische dingen te ‘integreren’, ‘zich eigen te maken’, om er ‘systematisch werk van te maken’, maar … het komt er niet van, om banaal aanvoelende redenen, nl het gewone leven van een gewoon, niet-exceptioneel mens?

De realiteit (2): Mijn organisme reageert dan als een puppy die met zijn energie of ervaring of leven geen blijf weet.

Toch waren mijn gesprekken niet slecht, vind ik.
Ik heb soms op zinvolle manieren gereageerd, denk ik.

Alleen was er niet de helderheid die ik in en na de supervisie ervaren had. Dat soort helderheid … is er eigenlijk váák niet!

Eigenlijk … bevind ik me vaak in een dichte, wat gespannen concentratie, waarin een intens luisteren-voelen-denken plaatsvindt, zo intens dat ik niet goed weet wat ik hoor-voel-denk en wat ik er van maak.
Mijn organisme reageert dan eerder als een puppy die met zijn energie of ervaring of leven geen blijf weet.

Vaak gebeurt het dat ik iets aan het voelen ben, of ik ben op weg om iets te begrijpen, maar ik weet nog niet welke woorden of beelden daarbij passen, en ik heb enkel de optie om te beginnen spreken, in de hoop dat wat ik zeg, vaak met horten en stoten, steek houdt.
Pas dan kan ik beoordelen óf het steek houdt.
Ik moet het eerst horen!
Vervolgens zien hoe mijn gesprekspartner reageert.

Er speelt iets van overgave en mezelf verliezen in een intens luisteren-voelen-denken-betekenis-geven-spreken.
Het heeft iets van vallen of glijden.

Dit is iets heel anders dan de heldere bergtop-ervaring wanneer ik iets conceptueel begrijp.

Ben ik de enige?
De enige die tijdens therapeutische gesprekken soms meer lijkt op een puppy dan op hoe de docent verschijnt (tijdens het lesgeven) of de supervisor (tijdens de supervisie) of de auteur (in diens boek of artikel)?

Johan Van de Putte

PS Vraag: Hoe train je een puppy tot psychotherapeut?

Nieuwsbrief

Een mailtje na een nieuw artikel?

Schrijf je uit wanneer je wil. Powered by Kit

Deze website gebruikt cookies. Door verder te surfen op deze website accepteer je het gebruik van cookies.  Meer info