Michael White, de vader van de narratieve therapie, ontwikkelde een kritiek op de standaard eenrichtingskijk op de relatie tussen mensen in de therapeutpositie en mensen in de cliëntpositie. Je weet wel: de vanzelfsprekende visie dat in die relatie de therapeut invloed uitoefent op het leven van de cliënt en niet omgekeerd. Ik heb het hier al over gehad (‘Therapeutisch tweerichtingsverkeer: 8 Anti-burnout vragen voor hulpverleners“) en ik ga het er nog over hebben.
Michael vond o.a. dat deze standaardkijk hulpverleners ontmoedigt om stil te staan bij hoe hun leven verrijkt wordt door ontmoetingen met mensen in de cliëntpositie. Zo kunnen ze er ook geen betekenis aan geven en dit maakt hen misschien kwetsbaarder voor burn-out.
In een interview (Re-authoring Lives: Interviews & Essays) drukt hij uit hoe ‘voedend’ hij de interacties met de mensen die zijn hulp zochten ervaarde en ook: hoe hij dit probeerde uit te drukken tegenover die mensen, zodat zij iets konden horen van de reële invloed van deze ontmoetingen op zijn leven:
Onvermijdelijk veranderen we elkaars leven, vaak op een manier waar je niet zo makkelijk over kan spreken. Maar ik denk dat een bewustzijn van de bijdrage die alle partijen in die interactie op elkaars leven hebben erg belangrijk is.
Hij vond het erg belangrijk om de invloed van deze interacties op zijn leven te erkennen. Hij wou een gepaste manier vinden om hier open over te spreken binnen de therapeutische context:
Ik heb het hier niet over vleien of en ik stel niet voor om een dramatisch gebaar te doen.
En ik stel absoluut niets voor dat een strategisch doel heeft, zoals het innemen van een ‘one-down’-positie voor de therapeut. Ik vind dat onecht, neerbuigend en diskwalificerend.
Ik heb het wel over misschien iets zeggen
- over een nieuwe kijk die ik op iets gekregen heb en wat dit zou kunnen betekenen in mijn werk met andere gezinnen,
- of in mijn benadering van mijn eigen leven.
Of wat ik geleerd heb te waarderen wat ik vroeger moeilijk naar waarde kon schatten en hoe me dat persoonlijk geraakt heeft.
Of misschien iets zeggen over wat ik als een ‘cadeau’ ervaren heb: bv een woord of een uitdrukking die me een nieuwe manier van denken in handen gegeven heeft.
Of over het voorrecht om getuige te mogen zijn van bepaalde ontwikkelingen die iets hebben opgeroepen van andere manieren van zijn of van andere mogelijkheden, enzovoort.
Dit identificeren en er woorden aan geven in de therapeutische context is erg ondersteunend.”
Johan Van de Putte
Nieuwsbrief
Een mailtje na een nieuw artikel?