Woorden als ‘borderline’, ‘draaideurpatiënt’, ‘psychotisch’, ‘onveilig gehecht’, ‘gecompliceerde rouw’, ‘splitten’, ’tegenoverdracht’…, woorden met een expert-achtig geurtje eraan werken soms erg inperkend op hulpverleners.
Ze creëren een verhaal. Zo doen ze wat verhalen steeds doen:
- ze linken bepaalde ervaringen in de loop van de tijd volgens een thema,
- ze suggereren ervaringen in de toekomst en
- ze plaatsen een bepaalde (identiteits)stempel op de persoon.
- Zo halen ze bepaalde ervaringen op de voorgrond en
- schuiven ze andere ervaringen in de schaduw van het ‘hoofd’-verhaal (dat met het expert-geurtje).
Het wordt daardoor veel moeilijker voor de hulpverleners om de vele ervaringen nog op te merken die helemaal niet passen in dit ‘hoofd’-verhaal (die passen in andere verhaallijnen, met andere thema’s, met andere identiteitsconclusies, met andere mogelijkheden in de toekomst).
Wij hulpverleners geraken makkelijk en vaak verblind door verhalen waar we ons aan vastklampen, omdat we er net inzicht van verwachten en omdat ze zich voordoen als inzichtgevend (en dus niet zomaar een verhaal).
Die verhalen met een expert-geurtje trekken andere, verwante, verhalen aan: over todo’s en what-not-todo’s.
Dat zijn vaak arme, clichéverhalen maar ze hebben ook een expert-geurtje (omdat ze circuleren onder professionals): bv ‘bij borderlines moet je je grenzen goed aangeven’, ‘psychotici kunnen niet goed om met ‘prikkels’, dus…’.
Hulpverleners worden soms sterk beïnvloed door die ‘(not)todo-verhalen-met-een-expert-geurtje’ omdat ze bang zijn om niet te handelen als een goeie expert (volgens een bepaald verhaal van ‘de professionele hulpverlener’). Als dit gebeurt, dan is dat naar en inperkend voor de hulpverlener en waarschijnlijk nog veel meer naar en inperkend voor de persoon op wie die woorden en todo’s toegepast worden.
Ik beweer niet dat dit soort woorden steeds onzinnig is. Ik beweer wel dat we beter beseffen dat we verhalen creëren wanneer we dat doen (lees hierover bv meer op ‘Lusten rauwe verhalen ons rauw?‘) én: wat het gevaar is van ‘1 enkel verhaal’.
Johan Van de Putte
‘Beste dagboek, schrijven helpt!’
Nieuwsbrief
Een mailtje na een nieuw artikel?
Dankjewel voor het woorden geven aan herstelondermijnende neigingen van hulpverleners, vooral ‘expertgeurtje’ ga ik zeker nog gebruiken bij intervisies en clientbesprekingen
Merci Johan ! Zeer hartverwarmend & deugddoend om te lezen enne … ik neem het mee naar het werk, of hangt er dan ook een expert-achtig geurtje rond mij als ik dat doe 🙂
Beste Johan,
Bedankt! Ik ben zojuist terug gekatapulteerd naar de opleidingsdag(en) die ik bij je volgde en waarna ik vol nieuwe energie weer aan de slag kon… !
Blijven zoeken naar de sprankel ; dank je om ons wakker en attent te houden Johan
Hallo Johan
Als coach gebruik ik deze termen zelden tenzij ze mij aangereikt worden door de cliënt/ coachee. Dan ben ik gelukkig dat ik als achtergrond het vak klinische psychologie gestudeerd heb, zodat ik weet over welke definitie we het nu eigenlijk hebben, zodat we spreken over hetzelfde beeld en dat ik kan doorverwijzen indien noodzakelijk. Het vermakkelijkt de communicatie . Maar inderdaad sommige hulpverleners zullen hun blik verengen tot de definitie en dan worden bepaalde pistes afgesloten. Anderzijds is het ook zo dat je als hulpverlener hoedanook kijkt vanuit een bepaald gezichtspunt (je eigen opleiding, ervaring, luistervaardigheid, inzichten,tools,…).
Prachtig verhaal en heel herkenbaar.
Ik heb me ook lange tijd ( altijd te lang) in de expertpositie gewaand, om na verloop van tijd tot de pijnlijke constatering te komen, dat ik mijn collega’s naar wie ík opkeek heb nageaapt, in de veronderstelling dat ik ook als de expert klonk en op mijn beurt werd ook ík nageaapt….Heel leerzaam om dat soort ontdekkingen te doen.
Dank je wel Johan.